Gelijke kansen op ontwikkelen potentieel

Deze pagina biedt inzicht in het aantal thuiszittende kinderen en jongeren. Het tegengaan van verzuim is essentieel om ervoor te zorgen dat elk kind en iedere jongere een passende plek heeft in het onderwijs en zich kan ontwikkelen. Met de verzuimaanpak werken we aan het terugdringen van het aantal kinderen en jongeren dat (onnodig) thuiszit. Deze aanpak staat niet op zichzelf maar is in brede zin onderdeel van de Verbeteraanpak Passend Onderwijs. De noodzaak om te blijven werken aan een verzuimaanpak blijkt uit deze verzuimcijfers. Hierbij is onze inzet tweeledig: (1) we verscherpen én versterken de preventieve verzuimaanpak van scholen, samenwerkingsverbanden en leerplichtambtenaren en (2) we maken meer mogelijk (in wet- en regelgeving) voor leerlingen die dreigen uit te vallen of al uitgevallen zijn.

Voor de definitie van thuiszittende kinderen en jongerenbeperken we ons tot het absoluut verzuim en het langdurig relatief verzuim (langer dan vier weken). Door deze aantallen in beeld te hebben wordt duidelijker of de maatregelen om het schoolverzuim te verminderen het gewenste effect hebben. Jaarlijks leveren alle gemeenten daarom cijfers over verzuim aan OCW via de Leerplichttelling. Deze worden daarna gedeeld met de Tweede Kamer.

Meer informatie over de Leerplichttelling kunt u vinden in de volgende stukken:
Kamerbrief over de voortgang verbeteraanpak passend onderwijs
Leerplichttelling 2022/2023 (open.overheid.nl)
Analyse Leerplichttelling schooljaar 2022/2023 (open.overheid.nl)

De grafiek geeft de landelijke (absolute) aantallen weer van de verzuimmeldingen absoluut- en langdurig relatief verzuim langer dan vier weken die worden verzameld middels de jaarlijkse leerplichttelling. 
De kinderen die school missen door redenen conform deze definitie worden elk afzonderlijk beoordeeld door de Leerplichtambtenaren van hun woongemeente, zodat alleen de aantallen met een status ‘definitief’ meegeteld worden. Deze gegevens ontvangt DUO/IP van alle Nederlandse gemeenten één keer per jaar over het afgeronde schooljaar.

In de grafiek worden steeds 8 jaren getoond. 
De gestapelde lijnen geven naast absoluut verzuim en langdurig relatief verzuim langer dan 4 weken, ook de optelsom van deze twee lijnen. Deze twee waarden vormen samen het totaal aantal thuiszittende kinderen.

Thuiszittende Kinderen

Thuiszittende Kinderen Verloop absolute aantallen verzuimmeldingen van afgelopen 8 schooljaren
SchooljaarAbsoluut VerzuimLangdurig Relatief VerzuimVerzuimmeldingen totaal
2015-2016510142879388
2016-2017456541168681
2017-2018451541748689
2018-2019495839178875
2019-2020557033858955
2020-2021549133288819
2021-202210240324613486
2022-202313707388117588

Om inzicht te krijgen in het verloop van het aantal ‘thuiszittende kinderen’, wordt jaarlijks informatie verkregen van alle Nederlandse gemeenten over definitieve verzuimmeldingen. Onder ‘thuiszittende kinderen’ wordt hier de leer- en kwalificatie plichtige leerlingen volgens de Leerplichtwet bedoeld, waarvan is vastgesteld dat deze leerlingen schoolgang missen door absoluut verzuim of langdurig relatief verzuim langer dan vier weken
Absoluut verzuim betekent dat de jongere niet is ingeschreven bij een onderwijsinstelling en geen vrijstelling heeft. 
Langdurig relatief verzuim langer dan 4 weken betekent dat de jongere wel is ingeschreven op een school, maar de leerling langer dan vier weken ongeoorloofd verzuimt zonder dat er een vrijstelling is of een geldige reden of verklaring die door de leerplichtambtenaar als legitiem wordt beoordeeld.

Uit de grafiek is te lezen dat het aantal meldingen voor absoluut verzuim een relatief stabiele trend toonde tijdens de pandemie-periode met neiging tot een lichte stijging. Echter, in de meest recente twee jaren toont absoluut verzuim meer dan een verdubbeling van het aantal meldingen. Dit is het gevolg van de toestroom van vluchtelingen, bijvoorbeeld uit het oorlogsgebied in Oekraïne; blijkt uit verklaringen van gemeenten.
Langdurig relatief verzuim langer dan 4 weken toont vrijwel een tegengesteld beeld t.o.v. absoluut verzuim tot en met 2020-2021. Anders dan het absoluut verzuim, blijft relatief verzuim relatief stabiel in de laatste twee jaren. Verhoudingsgewijs is er geen tot weinig zichtbaar effect van de Oekraïne-leerlingen waar te nemen in de laatste schooljaren.
Het totale beeld wordt vooral beïnvloed door absoluut verzuim en het beeld wordt door het tegengesteld beeld van twee waarden vooral tussen 2017-2018 t/m 2020-2021 licht geneutraliseerd tot een stabiel beeld, waarop een sterke stijging volgt.

Brontabel als csv (292 bytes)