Jaarlijkse resultaten monitor kwaliteit(szorg) praktijkgericht onderzoek
Het praktijkgericht onderzoek levert een belangrijke bijdrage aan maatschappelijke impact en moet dus van hoge kwaliteit zijn. Een kwaliteitszorgsysteem zorgt voor de borging en ontwikkeling van de kwaliteit van het onderzoek, de doorwerking van praktijkgericht onderzoek en de organisatie hiervan. De hogescholen hebben individuele kwaliteitszorgstelsels en daarnaast is er een landelijk kwaliteitszorgstelsel samengebracht in het Brancheprotocol Kwaliteitszorg Onderzoek (BKO).
Hogescholen bestaan uit verschillende onderzoekseenheden. Onderzoekseenheden worden op hun kwaliteit beoordeeld door visitatiepanels. De visitatiepanels vatten hun bevindingen samen in een onderzoeksvisitatierapport. De Commissie Evaluatie Kwaliteitszorg Onderzoek (CEKO) beoordeelde deze onderzoeksvisitatierapporten. De resultaten van de bevindingen en aanbevelingen van de CEKO zijn weergegeven in de Monitor Kwaliteitszorg Onderzoek 2023.
Deze indicator kijkt op basis van de resultaten van de Monitor Kwaliteitszorg Onderzoek 2023 naar de ontwikkeling van het kwaliteitszorgsysteem, de kwaliteit van het praktijkgericht onderzoek en de bijdragen van praktijkgericht onderzoek aan de beroepskwaliteit en brede samenleving.
Beoordeling kwaliteitszorg van het praktijkgericht onderzoek in 2023
Standaard | Geen oordeel | Onvoldoende | Voldoende | Goed | Excellent |
---|---|---|---|---|---|
Standaard 1: relevant, ambitieus en uitdagend onderzoeksprofiel en onderzoeksprogramma met bijbehorende doelen. | 7 | 2 | |||
Standaard 2: organisatie, de inzet van mensen en middelen en samenwerkingsverbanden, netwerken en relaties. | 7 | 2 | |||
Standaard 3: voldoet aan de standaarden die in het vakgebied gelden voor het doen van onderzoek. | 5 | 4 | |||
Standaard 4: relevantie en impact op de beroepspraktijk, onderwijs en professionalisering en het onderzoeksdomein. | 2 | 7 | |||
Standaard 5: voert regelmatig en systematisch evaluatie uit van de onderzoeksprocess en resultaten. | 1 | 8 | |||
Eindoordeel | 1 | 5 | 3 |
CEKO heeft negen onderzoeksvisitatierapporten van zes verschillende hogescholen beoordeeld in 2023. Dit aantal is lager dan verwacht. Daarnaast is 2023 een overgangsjaar van het oude kwaliteitszorgkader (BKO 2016-2022) naar het nieuwe kwaliteitszorgkader (BKO 2023-2028). Derhalve dienen de cijfers en trends met enige voorzichtigheid te worden geïnterpreteerd.
De tabel laat zien dat in 2023 het merendeel van de beoordeelde onderzoekseenheden een voldoende (5/9) of goed (3/9) eindoordeel hebben gekregen. Geen van de onderzoekseenheden scoorden een excellent op het eindoordeel of de individuele onderdelen van de beoordeling.
Het kwaliteitszorgsysteem wordt over het algemeen als voldoende beoordeeld. Van de 9 onderzoeksvisitaties scoorden 8/9 een voldoende op het regelmatig en systematisch uitvoeren van een evaluatie van onderzoeksprocessen en resultaten. Wat betreft de organisatie, inzet van mensen en middelen en samenwerkingsverbanden, netwerken en relaties zijn de resultaten net iets beter. Hier scoorden 7/9 onderzoekseenheden een voldoende, en 2/9 een goed.
Op het gebied van kwaliteit van praktijkgericht onderzoek scoorden de onderzoekseenheden beter. Van de 9 onderzoeksvisitaties kregen 4 van de 9 een goed en 5 van de 9 een voldoende.
Tot slot, bij de beoordeling op relevantie en impact op de beroepspraktijk; onderwijs en professionalisering en het onderzoeksdomein werden de beste resultaten behaald. Hier scoorden 7/9 een goed en 2/9 een voldoende.
In vergelijking met 2021 hebben de onderzoekseenheden in 2023 minder goed gescoord. In 2021 werden 14 onderzoeksvisitatierapporten beoordeeld. Daarbinnen werden in totaal elf excellente scores uitgedeeld, verdeeld over 4 onderzoekseenheden. Twee van de elf excellente scores waren zelfs excellente eindoordelen. Overigens ontbraken er in 2021 wel 6 van de 14 eindoordelen. In 2023 ontbreekt 1 van de 9 eindoordelen.
In aanvulling op deze scores ziet CEKO een positieve trend in de kwaliteitszorg van hogescholen: de visitatierapporten waren goed gestructureerd en van voldoende kwaliteit. Ze zagen dat visitatiepanels vaak concrete aanbevelingen gaven richting de onderzoekseenheden en hogeschool, waarbij er wel grote verschillen zichtbaar waren in de kwaliteit van de aanbevelingen. Positief is daarbij dat de leden van visitatiepanels veelal onafhankelijk en deskundig waren. Ook werd de consistentie tussen kwaliteitsoordelen en de inhoud van de visitatierapporten grotendeels als voldoende beoordeeld. Maar, de frequentie van visitaties was door samenvoegingen, splitsingen en de vorming van nieuwe lectoraten niet altijd inzichtelijk.