Aantal studenten in het mbo
Op 1 oktober 2023 staan er meer dan 479,5 duizend studenten ingeschreven in het mbo. Dit betreft het aantal hoofdinschrijvingen van zowel bekostigbare als niet-bekostigbare studenten. Ten opzichte van 2018, toen er 506,6 duizend mbo-studenten ingeschreven stonden, is dat een daling van 5%.
Studenten in het mbo, naar leerweg
JAAR | BBL | BOL | EX |
---|---|---|---|
2018 | 120.9 | 376.2 | 9.5 |
2019 | 129.9 | 373.2 | 9.3 |
2020 | 127.8 | 381 | 10.2 |
2021 | 129.4 | 372.9 | 9.8 |
2022 | 136 | 346.8 | 10.3 |
2023 | 140 | 329.6 | 9.9 |
Studenten staan doorgaans ingeschreven in de beroepsopleidende leerweg (BOL) of de beroepsbegeleidende leerweg (BBL). Studenten die geen onderwijs meer hoeven te volgen, maar nog wel examens moeten afleggen kunnen zich inschrijven als examendeelnemer (EX).
Tot slot bestaat er nog de zogheten 'derde leerweg' voor personen - veelal werkenden - die zich wensen bij of om te scholen. De derde leerweg wordt hier buiten beschouwing gelaten.
In de periode 2018-2023 is het aantal studenten in de BBL gestegen van 120,9 duizend in 2018 tot 140,0 duizend in 2023. Dat is een groei van 16%. In dezelfde periode daalde het aantal studenten in de BOL van 376,2 duizend in 2017 tot 329,6 duizend in 2022 (-12%).
GESLACHT | BBL | BOL | EX |
---|---|---|---|
man | 83.8 | 156.2 | 6.3 |
vrouw | 56.2 | 173.3 | 3.6 |
Iets meer mannen (51%) dan vrouwen volgen een mbo-opleiding. In de BBL is 60% van de studenten man. In de BOL is het aandeel vrouwen juist groter (52%).
LEEFTIJDSCATEGORIE | BBL | BOL | EX |
---|---|---|---|
tm 15 | 0.5 | 5.3 | 0.2 |
16 | 7.6 | 53.6 | 0.6 |
17 | 13.5 | 75.5 | 0.7 |
18 | 14.3 | 68 | 0.7 |
19 | 12.9 | 48.7 | 1.4 |
20 tm 22 | 26.9 | 58.4 | 3.2 |
23 en ouder | 64.5 | 20 | 3.1 |
Deelnemers die vanuit het voortgezet onderwijs instromen in het mbo komen doorgaans in de BOL terecht. Meer dan de helft van de studenten in de BOL is 18 jaar of jonger. Daarentegen is het merendeel van de studenten in de BBL 20 jaar of ouder.
NIVEAU | BBL | BOL | EX |
---|---|---|---|
1 | 3.8 | 12.3 | 1.6 |
2 | 33.2 | 44.1 | 2.3 |
3 | 54 | 48 | 2.4 |
4 | 49.1 | 225.2 | 3.6 |
In het mbo zijn er vier kwalificatieniveaus te onderscheiden: assistenten- of entreeopleiding (niveau 1), basisberoepsopleiding (niveau 2), vakopleiding (niveau 3) en middenkader- en specialistenopleiding (niveau 4). In de BBL is niveau 3 het niveau met de meeste studenten. In de BOL zitten de meeste studenten op niveau 4.
SECTORKAMER | BBL | BOL | EX |
---|---|---|---|
Bovensectoraal | 0.3 | 3.7 | 0 |
Creatieve industrie en ICT | 1.3 | 44.7 | 0.4 |
Entree | 3.8 | 12.3 | 1.6 |
Handel | 8.8 | 28.7 | 1.2 |
Mobiliteit, transport, logistiek, maritiem | 16.8 | 13.7 | 1.2 |
Niet toebedeeld of onbekend | 0 | 0.3 | 0 |
Specialistisch vakmanschap | 1.5 | 1.7 | 0 |
Techniek en gebouwde omgeving | 39 | 28.2 | 1.1 |
Voedsel, groen en gastvrijheid | 15.1 | 40.3 | 1 |
Zakelijke dienstverlening en veiligheid | 5.2 | 40.3 | 1.6 |
Zorg, welzijn en sport | 48.3 | 115.7 | 1.7 |
De mbo-opleidingen kunnen worden ingedeeld in 10 functionele groepen die 'sectorkamers' worden genoemd. De sectorkamer met het meest aantal inschrijvingen in zowel de BOL als BBL is de sectorkamer 'Zorg, welzijn en sport'. Daarna is in de BOL de sectorkamer 'Creatieve industrie en ICT' het meest populair. In de BBL, daarentegen, staat sectorkamer 'Techniek en gebouwde omgeving' op nummer twee.