Studenten middelbaar beroepsonderwijs
Elk jaar wordt het aantal studenten in het mbo gemeten. Daarbij worden ook prognoses gedaan over het aantal mbo-studenten voor de komende jaren. De instroom en doorstroom van mbo’ers wordt ook met feiten en cijfers inzichtelijk gemaakt. De prestaties van mbo-studenten worden in kaart gebracht met cijfers over de verblijfsduur in het mbo, het aantal mbo gediplomeerden, het studiesucces binnen het mbo en de tevredenheid van mbo-studenten.
Merendeel mbo'ers neemt deel aan beroepsopleidende leerweg (bol)
In het mbo volgen ruim 507.000 studenten een opleiding. Hierin wordt een onderscheid gemaakt tussen de beroepsopleidende leerweg (bol) en de beroepsbegeleidende leerweg (bbl). Circa 75% van de mbo-studenten neemt deel aan bol. Deze onderwijsvorm benadrukt de combinatie van school en beroepsvorming in de praktijk. Bbl daarentegen legt de nadruk op praktijkervaring. Dat omvat minimaal 60% van de totale studieduur.
Deelname aan bbl gedaald
Het aantal bbl-studenten is de afgelopen jaren flink gedaald, maar in 2016 licht gestegen.
Hoe ziet de mbo-populatie er uit? Het mbo kent over het algemeen iets meer mannelijke dan vrouwelijke studenten. Het aandeel studenten met een migratieachtergrond is iets hoger dan in de algemene bevolking (29% versus 26%).. De meeste instromers zijn afkomstig uit andersoortig onderwijs, maar ook een derde van de instromers komt niet (direct) uit het onderwijs. Onder de instromers heeft 65% een diploma van het voortgezet onderwijs.