Schooladvies en heroverweging schooladvies
In leerjaar 8 geeft de basisschool aan al haar leerlingen een schooladvies. Dit schooladvies is een advies over het best passend te volgen niveau in het voortgezet onderwijs (vo). De school kijkt voor het schooladvies onder andere naar leerprestaties, aanleg en ontwikkeling op de basisschool.
In 2015 waren basisscholen voor het eerst verplicht om leerlingen vóór 1 maart een schooladvies te geven. Vanaf dit jaar waren de leerlingen ook verplicht tussen 15 april en 15 mei een eindtoets af te nemen. Voor de leerlingen die op de eindtoets hoger scoorden dan hun oorspronkelijke advies, moesten de basisschool in 2015 voor het eerst het schooladvies heroverwegen en konden zij deze ook naar boven bijstellen. Sinds schooljaar 2023-2024 zijn scholen verplicht om het voorlopige advies bij te stellen bij een meer theoretisch toetsadvies, tenzij zij onderbouwen dat dit niet in het belang is van de leerling. Voor leerlingen die lager scoorden dan hun schooladvies, mag de school het advies niet aanpassen.
Het schooladvies kan bestaan uit één, bijvoorbeeld havo, of een gemengd onderwijssoort, zoals havo/vwo. Hieronder staat de verdeling van de definitieve schooladviezen (oorspronkelijk en niet herzien advies óf herzien advies) van de afgelopen 5 jaren. In de gerelateerde grafieken staat de verdeling van het definitief advies in schooljaar 2023/2024 op basis van de sociaaleconomische positie van de leerlingen.
Daaronder wordt het toetsadvies uit de doorstroomtoetsen vergeleken met het voorlopig schooladvies dat door de leraren werd gegeven. Vervolgens is de positie van leerlingen in het derde leerjaar van het vo te zien, vergeleken met het voorlopige schooladvies dat ze ontvingen.
Definitieve adviezen
2010-2011 | 2011-2012 | 2012-2013 | 2013-2014 | 2014-2015 | 2015-2016 | 2016-2017 | 2017-2018 | 2018-2019 | 2019-2020 | 2020-2021 | 2021-2022 | 2022-2023 | 2023-2024 | |
---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
vso | 0,2% | 0,1% | 0,1% | 0,1% | 0,1% | 0,1% | 0,1% | 0,1% | 0,1% | 0,1% | 0,1% | 0,1% | 0,1% | 0,2% |
pro | 0,8% | 0,7% | 0,8% | 0,9% | 0,9% | 0,9% | 0,9% | 1,1% | 1,1% | 1,1% | 1,1% | 1,1% | 1,1% | 1,0% |
vmbo-b | 6,3% | 6,5% | 6,9% | 7,4% | 7,8% | 6,9% | 6,2% | 6,0% | 5,7% | 6,6% | 5,2% | 5,1% | 4,8% | 2,4% |
vmbo-b + vmbo-k | 3,6% | 3,7% | 3,6% | 3,2% | 2,5% | 2,8% | 3,4% | 3,5% | 3,7% | 4,1% | 4,1% | 4,1% | 4,1% | 5,5% |
vmbo-k | 8,8% | 9,0% | 9,7% | 10,7% | 11,4% | 10,6% | 9,2% | 9,2% | 9,2% | 10,1% | 8,7% | 8,7% | 8,7% | 6,2% |
vmbo-k + vmbo-gt | 3,4% | 2,8% | 2,7% | 2,3% | 1,8% | 2,5% | 3,3% | 3,6% | 4,4% | 4,8% | 5,2% | 5,5% | 5,9% | 8,4% |
vmbo-gt | 20,1% | 20,8% | 21,4% | 21,9% | 22,3% | 20,7% | 18,3% | 17,7% | 17,6% | 18,1% | 16,5% | 16,4% | 16,0% | 12,5% |
vmbo-gt + havo | 9,9% | 9,3% | 8,1% | 6,6% | 5,3% | 6,6% | 8,5% | 8,8% | 9,8% | 9,7% | 10,4% | 11,0% | 11,0% | 14,7% |
havo | 16,7% | 17,7% | 18,9% | 20,2% | 22,0% | 20,5% | 18,7% | 18,6% | 17,5% | 17,0% | 16,7% | 16,0% | 16,1% | 12,7% |
havo + vwo | 13,0% | 11,7% | 9,6% | 7,8% | 6,1% | 7,6% | 9,8% | 10,1% | 10,7% | 10,2% | 11,6% | 11,7% | 11,9% | 15,7% |
vwo | 17,1% | 17,7% | 18,3% | 18,9% | 19,8% | 20,7% | 21,5% | 21,3% | 20,3% | 18,1% | 20,4% | 20,2% | 20,3% | 20,7% |
In schooljaar 2023-2024 zijn de definitieve adviezen ongeveer gelijk gebleven aan vorig schooljaar 2022-2023 en dus nog steeds vergelijkbaar met de jaren vóór de coronapandemie, mede door de oproep tot kansrijk adviseren. In schooljaar 2019-2020 viel de eindtoets weg en als gevolg hiervan was er geen mogelijkheid tot heroverweging. Mogelijk resulteerde dit in een stijging in vmbo-gt adviezen en een afname in vwo adviezen.
vso | pro | vmbo-b | vmbo-b + vmbo-k | vmbo-k | vmbo-k + vmbo-(g)t | vmbo-(g)t | vmbo-(g)t + havo | havo | havo + vwo | vwo | |
---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
Max. mbo-entreeopleiding | . | . | . | . | 15 | 8 | 19 | 11 | 10 | 7 | 7 |
Mbo2-4, havo, vwo | . | . | 8 | 6 | 13 | 8 | 20 | 12 | 14 | 8 | 9 |
Hbo- of wo-bachelor | 0 | . | 3 | 3 | 6 | 5 | 17 | 12 | 19 | 14 | 21 |
Hbo- of wo-master, doctor | . | . | . | . | 3 | 2 | 10 | 9 | 18 | 16 | 40 |
Totaal | 0 | 1 | 5 | 4 | 9 | 6 | 17 | 11 | 16 | 12 | 20 |
Kinderen van hoogopgeleide ouders krijgen vaker een vwo-schooladvies van de leerkracht, dan kinderen van laagopgeleide ouders. Dit geldt ook voor het havo- en havo/vwo-advies. Voor het gemengde advies vmbo-g(t) + havo zijn de verschillen naar opleidingsniveau van de ouders relatief klein.
vso | pro | vmbo-b | vmbo-b + vmbo-k | vmbo-k | vmbo-k + vmbo-(g)t | vmbo-(g)t | vmbo-(g)t + havo | havo | havo + vwo | vwo | |
---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
Laagste tertiel | 0 | 2 | 9 | 7 | 12 | 7 | 18 | 11 | 13 | 9 | 11 |
Middelste tertiel | 0 | 1 | 5 | 4 | 10 | 6 | 18 | 12 | 16 | 11 | 17 |
Hoogste tertiel | 0 | 0 | 2 | 2 | 5 | 4 | 14 | 11 | 18 | 15 | 30 |
Totaal | 0 | 1 | 5 | 4 | 9 | 6 | 17 | 11 | 16 | 12 | 20 |
In de figuur is het huishoudensinkomen van de kinderen ingedeeld naar de drie groepen (tertielen) gebaseerd op alle huishoudens in Nederland met een inkomen.
Kinderen uit huishoudens met een hoger inkomen krijgen vaker een vwo-schooladvies dan kinderen uit huishoudens met een lager inkomen. Dit geldt daarnaast voor de havo- en havo/vwo-adviezen.
Ontwikkeling aandeel brede schooladviezen
Brede Adviezen | Enkele Adviezen | |
---|---|---|
2010 | 30% | 70% |
2011 | 28% | 72% |
2012 | 24% | 76% |
2013 | 20% | 80% |
2014 | 16% | 84% |
2015 | 20% | 80% |
2016 | 25% | 75% |
2017 | 26% | 74% |
2018 | 29% | 71% |
2019 | 29% | 71% |
2020 | 31% | 69% |
2021 | 32% | 68% |
2022 | 33% | 67% |
2023 | 44% | 56% |
Deze figuur geeft de ontwikkeling van het aandeel enkele en brede definitieve adviezen weer. Een enkel advies bestaat uit één onderwijsniveau, zoals vmbo-tl. Daarentegen is een breed advies is samengesteld uit twee onderwijsniveaus, zoals havo/vwo. Het brede advies geeft de leerling meer tijd om te ontwikkelen en te onderzoeken welke niveau beter bij hem of haar past. Het aandeel van brede adviezen was in het schooljaar 2014-2015 gedaald tot minder dan 20%. Hierna resulteerden verschillende beleidsinterventies voor een omkering in de trend: sinds schooljaar 2016-2017 neemt het aandeel brede schooladviezen toe. In het schooljaar 2023-2024 is het aandeel brede adviezen verder toegenomen tot 44%, een toename van 11 procentpunt ten opzichte van het voorgaande jaar. Dit hangt mogelijk samen met oproep tot kansrijk adviseren.
Doorstroomtoetsadviezen vergeleken met voorlopige schooladviezen
2014-2015 | 2015-2016 | 2016-2017 | 2017-2018 | 2018-2019 | 2020-2021 | 2021-2022 | 2022-2023 | 2023-2024 | |
---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
Toetsadvies ligt (meer dan) geheel niveau onder het voorlopig advies | 13% | 14% | 14% | 13% | 9% | 12% | 12% | 12% | 14% |
Toetsadvies ligt half niveau onder het voorlopig advies | 13% | 16% | 16% | 18% | 23% | 23% | 23% | 25% | 25% |
Toetsadvies is gelijk aan het voorlopig advies | 40% | 36% | 37% | 35% | 26% | 28% | 28% | 29% | 29% |
Toetsadvies ligt half niveau boven het voorlopig advies | 17% | 19% | 19% | 19% | 28% | 25% | 26% | 24% | 22% |
Toetsadvies ligt (meer dan) geheel niveau boven het voorlopig advies | 17% | 16% | 15% | 14% | 14% | 12% | 11% | 10% | 10% |
Voor de leerlingen die hoger scoren op de doorstroomtoets hoger dan hun voorlopige advies wordt sinds schooljaar 2023-2024 het advies verplicht omhoog bijgesteld, tenzij er door de school wordt onderbouwd dat dit niet in het belang van de leerling is. In het schooljaar 2023-2024 had 32% van de leerlingen recht op een heroverweging. Het toetsadvies voor deze leerlingen was een halve (22%) of minstens een gehele (10%) schoolsoort hoger dan het voorlopige advies.
Bij leerlingen die een lager toetsadvies krijgen dan hun voorlopige advies mag het advies niet worden aangepast.
Positie in derde leerjaar vo van leerlingen per definitief schooladvies
pro | vmbo-b | vmbo-k | vmbo-gt | brj | havo | vwo | |
---|---|---|---|---|---|---|---|
vso + pro | 79% | 17% | 2% | 0% | 0% | 0% | 1% |
vmbo-b | 1% | 73% | 23% | 2% | 0% | 0% | 0% |
vmbo-b + vmbo-k | 0% | 40% | 52% | 7% | 0% | 0% | 0% |
vmbo-k | 0% | 14% | 68% | 18% | 0% | 0% | 0% |
vmbo-k + vmbo-gt | 0% | 5% | 41% | 51% | 0% | 2% | 0% |
vmbo-gt | 0% | 1% | 14% | 73% | 1% | 10% | 0% |
vmbo-gt + havo | 0% | 0% | 6% | 55% | 4% | 34% | 2% |
havo | 0% | 0% | 1% | 22% | 7% | 58% | 11% |
havo + vwo | 0% | 0% | 0% | 9% | 8% | 44% | 39% |
vwo | 0% | 0% | 0% | 1% | 4% | 10% | 84% |
De verdeling van de onderwijsniveaus van het derde leerjaar van het vo kwam grotendeels overeen met het definitieve advies gegeven door de basisschool. 84% van de leerlingen met een vwo-advies bevindt zich in het derde leerjaar op het vwo-niveau. Wat opvalt is dat van het aandeel leerlingen met een havo-advies, drie jaar later nog 58% op havo niveau zit. Dit percentage ligt lager dan bij andere enkelvoudige adviezen. Zo is te zien dat van de leerlingen met een vmbo-b, vmbo-k en vmbo-gt advies ongeveer 70% van de leerlingen 3 jaar later nog op datzelfde niveau zitten. Het lagere percentage leerlingen met een havo advies dat in het derde leerjaar nog op havo-niveau bevindt, kan worden verklaard door het relatief hoge percentage leerlingen dat zich in het derde leerjaar op vmbo-gt bevindt (22%).
De groep met gemengde adviezen verdelen zich in vergelijkbare mate over de twee onderwijsniveaus. Van leerlingen met een havo/vwo-advies bevindt 44% zich op het havo-niveau en 39% op het vwo-niveau. Bij een vmbo-k/gt advies loopt de verdeling wat meer uiteen. Van deze groep stroomt 41% door naar het vmbo-k niveau en 51% naar het vmbo-gt niveau. Het vmbo-gt/havo-advies loopt nog iets meer uiteen. Van de leerlingen met dit advies stroomt 55% door naar vmbo-gt en 34% naar havo.